dinsdag 30 december 2014

De splinters

Ik weet niet hoe je het voor elkaar kreeg, maar je brak me. En ik brak in wel duizend stukjes, als een explosie. Aan mijn voeten liggen ze nu, de scherven en de splinters. Allemaal kleine stukjes van de vroegere ik. 

Om de zoveel tijd probeert iemand me ervan te verlossen. Lijmen doen ze niet, ze zijn bang van zich te snijden. In plaats daarvan nemen ze mijn hand en begeleiden ze me in een parcours om de grote scherven heen, maar de kleine splinters ontwijken is onmogelijk. Op den duur doen mijn voeten zodanig veel pijn - en ik stop. De ene keer houd ik al wat langer vol dan de andere, maar ik kan het niet. Ik weet dat ik er overheen moet, niet bang mag zijn om mijn voeten open te halen aan de splinters als ik ooit van je wil ontsnappen... Maar daar ligt net het probleem. Ik wil niet van je ontsnappen. Ik wil dat jij de scherven komt lijmen. Dat ben je me verschuldigd. 

Ik wil dat jij de scherven komt lijmen, maar dan echt enkel de scherven. De splinters mag je laten. In het juiste licht fonkelen ze als kleine diamantjes. Ik vind ze prachtig. Allemaal kleine stukjes van de vroegere ik.